PvdA-raadslid Henk Boldewijn wil Amsterdam aantrekkelijker maken voor fietsers en bepleit daarom dat stoplichten langer voor hen op groen blijven staan in geval van regen (Parool, 5 januari). Hoewel een nobel streven, lijken me er technisch gezien nogal wat haken en ogen te kleven aan dit plan.

Een veel eenvoudiger oplossing is tram- en buschauffeurs het vermogen ontnemen tot verkeerslichtbeïnvloeding. Daarmee kunnen bestuurders van ov-karren stoplichten op forse afstand ‘vastzetten’ zodat ze op kruispunten door groen kunnen rijden. Voor de fietsers, scooterrijders, rolstoelers en voetgangers die soms al minutenlang doorweekt het rode licht aanstaren, betekent het aanstormen van een bus of tram dat hun licht maar niet op groen springt. Onderwijl zitten de ov-gebruikers er droog bij en vermaken ze zich met hun mobiele apparaatjes.

Op veel trajecten rijden trams inmiddels acht keer per uur, dus is het niet zo dat je een half uur moet wachten op de volgende als je er eens net eentje mist. In mijn beleving kan Boldewijn zijn tijd dus beter besteden aan het verwijderen van de knopjes ter beïnvloeding van verkeerslichten uit trams en bussen, dan plannen maken die andere verkeersstromen benadelen. (ingezonden brief in het Parool, geplaatst op de opiniepagina op 9 januari 2016)

DF (fietser)

Tags:     Amsterdam   |   brief   |   GVB   |   overlast