Brutowinst & toegevoegde waarde, oefensom
-
14 feb 13
-
0 reacties
Een bedrijf verkoopt 50.000 producten en behaalt een omzet van 120.000 euro.
De verkoopprijs is 3 maal de inkoopprijs. Ook huurde men bij een ander bedrijf enkele keren een elektricien in voor in totaal 8.000 euro.
De nettowinst is 10 % van de omzet, de huur was 4.000 euro, aan rente betaalde men 20.000 en de loonkosten waren 3 maal zo hoog als de pacht.

~ Boedapest ~
Vragen:
1) Wat is de inkoopprijs?
2) Hoe hoog is de brutowinst?
3) Wat waren de loonkosten?
Uitwerkingen:
– 1)
omzet : aantal producten = verkoopprijs
→ 120.000 : 50.000 = 2,4
→ deze is 3 maal de inkoopprijs → 3a = 2,4 → a = 0,8 euro
-2)
Omzet – inkoop* = brutowinst
→ 120.000 – (50.000 x 0,8 + 8.000) =
120.000 – 48.000 = 72.000
-3)
Omzet = inkoop + huur + pacht + loon + rente + winst =
48.000 + 4.000 + P + 3P + 20.000 + 0,1 x 120.000
→ 120.000 = 72.000 + 4P + 12.000
→ 36.000 = 4P → P = 9.000, loonkosten zijn 27.000 euro.
* alle bij andere bedrijven ingekochte goederen of ‘diensten van derden’ behoren tot ‘inkoop’
DF
Gerelateerd:
‘Hoe bereken je belasting met behulp van schijven?‘
‘Oefensom gewogen pic (cpi) + uitleg‘
‘Som minimum- en maximumprijzen‘
‘Bevolkingsgroei, indexcijfers en reëel BBP‘